In 1760-1764 door Pieter de Swart gebouwd voor Anthony Patras, gedeputeerde van Friesland en bewindvoerder van de Oost-Indische Compagnie. Rijke natuurstenen gevel met middenrisaliet, bekroond door een driehoekig fronton - verzorgde 18e eeuwse interieurs.
 

Voormalige patricierswoning bestaande uit souterrain, twee hoge bouwlagen en gedrukte derde verdieping onder een met leien gedekte kap, 7 assen breed. De met natuursteen beklede voorgevel heeft ingetogen Lodewijk XV ornamenten, met name in de risalerende middenpartij. Deze risaliet wordt beeindigd door een tympaan met rijk beeldhouwwerk. Op de 1e verdieping is hier een koperen balkon op rijk natuurstenen consoles. Tijdens de restauratie van 1991 zijn de ruimten geschikt gemaakt voor museale opstelling, waarvoor op de verdiepingen nieuwe wandbespanningen zijn aangebracht. Het pand bezit een monumentaal trappehuis, vermoedelijk uit de tijd van Koningin Emma.