Aaltje Noordewierstraat 4

RK Pastoor van Arskerk

toon op de kaart
  • Status
    Gemeentelijk Monument
  • Architect
    Eyck, A.E. van
  • Bouwstijl
    Structuralisme Wederopbouw
  • Wijk
    Waldeck
  • Bouwjaar
    1963-1969
Registerblad 

Pastoor van Arskerk uit 1968-1969 naar een ontwerp uit 1966 met invloeden van het structuralisme van de architect A.E. van Eyck.

De kerk is vrij gesitueerd in een plantsoen in de wijk Waldeck. Het programma van eisen vroeg een kerkruimte voor 400 bezoekers, in de zomer uit te breiden met 200 vakantiegangers. Een eerste ontwerp uit 1963, dat nauw verwant was aan een prijsvraagontwerp voor 'The Wheels of Heaven' in Driebergen, was te duur. Een tweede, compacter ontwerp was aanbestedingsklaar in de zomer van 1966 en werd uitgevoerd in 1968-1969. Aldo van Eyck, die niet aan een kerkgenootschap was verbonden, kreeg als voorwaarde bij het ontwerp dat hij een mentor moest kiezen met ervaring in de katholieke kerkbouw. Deze mentor was Hans van der Laan, monnik/architect en fundamenteel denker over architectuur.
Het kerkgebouw bestaat uit een platte, rechthoekige laagbouw voorzien van een verhoogde dwarsbouw en een iets hoger kantoorgedeelte. Het gebouw van in totaal 41 bij 27 meter is geheel uit betonsteen opgetrokken. De kerk heeft geen toren en in het uiterlijk verwijst slechts een kruis naar de functie van het gebouw. In het bijzonder sobere exterieur met vrijwel geheel gesloten gevels zijn slechts de in- en uitgang door middel van een cirkelvorm gemarkeerd. Het cirkelmotief, door Van Eyck in vele ontwerpen toegepast, keert terug in het eveneens sobere interieur in de vorm van halfronde kapellen en ronde betonnen daklichten, die zorgen voor natuurlijk daglicht in de kerk. Vanaf de ingang volgt de bezoeker een route dwars door de kerk door de hogere middenzone. De 'via sacra' door de kerk leidt langs verschillende devotiekapellen. Er is een aparte uitgang, zodat de kerkganger na de dienst niet zijn rug hoeft te keren naar de 'heilige zaken.' In de langsrichting loopt de vloer van de kerkruimte trapsgewijs langzaam op.
Het licht uit de betonnen cilinders met een diameter van 3,5 meter en een hoogte van 2,5 meter wordt gelijkmatig verspreid in de ruimte. In de verhoogde middenzone zijn vier kleinere lichtkoepels opgenomen. De cilinders zijn in het hart van de betonnen constructiebalken gesitueerd. De middenzone wordt gedomineerd door hoog oprijzende, uit de muur ontspringende betonstenen portalen, die de zware 1,5 meter hoge betonnen met gleuven geperforeerde dwarsbalken dragen.
In de kerk zijn op subtiele wijze 'moderne' verwijzingen naar historische kerkarchitectuur opgenomen. Van Eyck bestudeerde veel kerken als 'architect-tourist'. Zo is het sobere uiterlijk met rijk interieur een verwijzing naar de vroeg-christelijke kerkbouw. De verhoogde middenzone refereert met zijn oprijzende kolommen aan de gotiek. De lage, horizontale kerkruimte heeft het karakter van een crypte. Van Eyck is de belangrijkste vertegenwoordiger van het structuralisme, een typisch Nederlandse stroming in de architectuur. In deze kerk zijn elementen uit het structuralisme, zoals het spel met de cirkelvorm, zichtbaar zonder dat dit tot dwangmatige vormwil heeft geleid.

De kerk is van architectuurhistorische waarde vanwege zijn in Nederland uniek vormgeving met invloeden van het structuralisme en vanwege de belangrijke plaats die zij inneemt binnen het oeuvre van de architect Aldo van Eyck.

Opname: D. Valentijn, 13 september 2003. De Via Sacra.
daklichten met bollampen van papier (keuze A. van Eyck)
traptreden met cirkelmotief
"via  sacra" met oplopende vloer.