Het Herinneringscentrum Oranjehotel gaat er komen!

Toegang tot 'Doodencel 601'

Stichting Oranjehotel tekent samenwerkingsovereenkomst met Rijksvastgoedbedrijf en Dienst Justitiële Inrichtingen. Daarmee komt het project Herinneringscentrum Oranjehotel in een volgende fase.

Op woensdag 6 april tekende het bestuur van de Stichting Oranjehotel een samenwerkingsovereenkomst met het Rijksvastgoedbedrijf en de Dienst Justitiële Inrichtingen. Hiermee kan de realisatie van het Herinneringscentrum Oranjehotel van start gaan. De Stichting Oranjehotel ontwikkelde plannen om het in de Tweede Wereldoorlog beruchte cellencomplex van de Scheveningse gevangenis in te richten als een herinneringscentrum. De samenwerkingsovereenkomst bevat afspraken over de werkzaamheden die het Rijk uitvoert om het terrein geschikt te maken voor de realisatie van dit centrum en over de financiering van die werkzaamheden. Het Rijksvastgoedbedrijf maakt, mede in opdracht van de Dienst Justitiële Inrichtingen, een deel van het terrein van de Penitiare Inrichting Scheveningen aan de Van Alkemadelaan in Den Haag bouwrijp. De Stichting Oranjehotel gaat verder met de voorbereidingen voor de vormgeving en inrichting van het herinneringscentrum. Het streven is om dit centrum in 2018 te kunnen openstellen voor het publiek.

Over het Oranjehotel
“Oranjehotel" was tijdens de Tweede Wereldoorlog de Geuzennaam van de Polizeigefängnis in de Scheveningse gevangenis, waar ruim 25.000 verzetsmensen gevangen zaten. De gevangenen werden onderworpen aan het ontaarde Nazi-rechtssysteem, wat leidde tot vele executies en deportaties naar concentratiekampen. Het Oranjehotel staat daarom symbool voor het belang van de Rechtsstaat. De Stichting Oranjehotel gaat het voormalige cellencomplex, met de daarin centraal gelegen authentieke Doodencel 601, in nauwe samenwerking met Museon en het Haags Historisch Museum inrichten als een publiek toegankelijk herinneringscentrum met een educatieve functie voor jong en oud, nu en in de toekomst. Het Herinneringscentrum Oranjehotel betekent een waardevolle versterking van de identiteit van Den Haag als internationale stad van Vrede en Recht.